Na het eerste telefonisch contact stuur ik u een ondersteunigsplan (OP) toe. Dit is een zeer uitgebreide vragenlijst waarin u veel informatie over uw kind kwijt kunt. Dit OP geeft mij vooraf een goed beeld van uw kind en zijn omgeving. Tevens maken we een afspraak voor het intakegesprek. Dit gesprek voer ik met u als ouders; uw kind is hier niet bij. We bespreken samen de aanmeldingsklacht zoals ú die ervaart ten aanzien van het gedrag van uw kind. Van daaruit kijken we samen wat de ingangsklacht van uw kind zou kunnen zijn. Hoe ervaart het kind zelf de klacht? U als ouders bent de ervaringsdeskundige in het omgaan met uw kind, dat is voor mij van groot belang en voor uw kind van een nog groter belang. U bent tevens een belangrijke hulpbron voor uw kind.
We starten na de ouderintake op afspraak eerst met vijf kindsessies. In de sessies bepaalt het kind wat hij of zij wil doen. Ik observeer en zoek spelenderwijs ingang in datgene waar het kind mee zit. De eerste stap is dat het kind ervaart dat hij of zij er helemaal kan zijn, dat het zich vertrouwd voelt en zich kan openstellen. Spelenderwijs creatief zijn, fantasie, ‘dagdromen’ en humor, of juist heel realistisch dingen besprekend, laat het kind zichzelf meer en meer zien. Daarbij is onbewust ook te zien hoe het kind geholpen wil worden. In het spel komt het voelen, denken en doen heel expliciet naar voren. Ik vorm me er een beeld van hoe het voor dit kind is om zich zo te voelen en te doen. En ook hoe het zou zijn als het zich anders zal voelen. Samen ontdekken we hoe het kind vanuit zijn eigen binnenwereld weer gewoon happy kan zijn. Maar ook: hoe het kind voortaan zelf bij de oplossing voor een probleem kan komen. Na deze wederzijdse verkenning volgt er een tweede oudersessie. Hierin bespreken we onze bevindingen en zetten we een plan op voor de verdere behandeling. Rond de 10 sessies geeft het kind vaak zelf wel aan of hij of zij klaar is of nog niet helemaal. De therapie sluit af met een feestelijke afscheidsessie en tot slot de laatste oudersessie. We blikken terug en kijken vooruit om te ontdekken welke dingen een positief effect hebben gehad en hoe dat verder uitgebouwd kan worden.
Het kind is niet de klacht, maar het kind heeft een klacht.